tocht langs Porsche garages in België

Home Forum Porsche Talk tocht langs Porsche garages in België

  • Maker
    Discussie
  • https://www.tijd.be/sabato/auto/met-de-porsche-964-carrera-rs-hebben-we-een-bijna-doodervaring-gehad/10074792.html
    [b]
    Een tocht langs garages in België. Deze week: Geert Nouwkens, ‘Porschist’ in hart en nieren.[/b]

    ‘In 1975 bestelde ik mijn eerste Porsche’, vertelt Geert Nouwkens. ‘Een nieuwe 924, het toenmalige instapmodel. Dat kon ik me veroorloven. Sindsdien kocht ik 14 nieuwe exemplaren, plus een handvol klassiekers. Met een Porsche heb ik nooit pech gehad. En tot het jaar 2000 heb ik er amper 25.000 euro kapitaal aan verloren. Ik reed er telkens twee, drie jaar mee, en de overnameprijzen waren altijd zeer interessant.’

    De laatste is een 991 GT3 (2018). ‘Ik heb er dit jaar al 15.000 kilometer mee gereden. Zelfs als ik naar de bakker ga, moet ik me bedwingen om die auto te laten staan. Hij rijdt spectaculair. Met zijn 4.0-motor van 500 pk is hij bijna een supercar. Dan valt 12 liter verbruik best mee.’ Over de passagiersstoel is een alcantara overtrek gespannen. ‘Het is ook de favoriet van Pauline, onze Franse buldog’, lacht Nouwkens. ‘Als de deur opengaat, loopt hij ernaartoe en springt erin.’

    ‘Ik heb bijna alle GT3’s gehad, de bijna-raceversie van de Carrera met atmosferische motor. Die moet je hoog in de toeren jagen als je op zoek gaat naar pk’s, en dat vind ik fijner dan het rechtlijniger karakter van de GT2 met turbo. Het is een totaal andere manier van rijden. Ook de 930 Turbo Targa (1989) was spectaculair. Hij leverde zowel onderstuur als overstuur, en gaf een enorme boost bij pakweg 3.000 toeren. En hij was zeer zeldzaam: van de uitvoering die ik had, werden er slechts 115 exemplaren gebouwd.’

    ‘De GT3 RS (2005) had ik zeker moeten houden. Die was zeer competitief op het circuit en is nu al een klassieker. Maar hij had een rolkooi. Nogal onhandig als daily: mijn echtgenote kon niet mee.’

    Vier stuks blijven over. ‘Door plaatsgebrek, maar ook omdat ik vind dat auto’s moeten rijden. Een grote collectie wordt een opgave. Dat wil ik niet.’ Maar geen nood. Zijn vrouw Marleen maakte een boek met alle auto’s van zijn leven. We openen de lederen kaft en bladeren. Het begint bij een NSU Prinz II (1958) en eindigt bij de Ferrari 458 Italia (2012). ‘Ja, ik ben eens vreemdgegaan’, lacht Nouwkens. ‘Fantastische auto hoor, Ferrari. Kunst, vind ik. En een uitstekende dubbele koppeling. Maar toch: door de centraal geplaatste motor was het een makkelijk te besturen auto. De helemaal achterin gelegen motor geeft de Porsche een totaal ander karakter en gedrag, die me zeer bevallen. Het is echt een duwer.’

    Na twee 924’s volgde een 944 (1982) en in 1987 de eerste Carrera. ‘Eindelijk’, lacht Nouwkens. ‘De 911 was toen al 23 jaar op de markt en ten dode opgeschreven wegens ouderwets. Maar dat model had zo’n specifiek karakter dat hij het nadien nog jaren heeft uitgezongen. Kijk, met die auto is mijn zoon Geert Junior uit de kraamkliniek gekomen. Later verkocht ik hem, maar nu staat er een identiek exemplaar in de garage. Met 105.000 kilometer op de teller rijdt die als nieuw.’

    We hebben duidelijk met een notaris te maken. ‘Van klassiekers vraag ik altijd eerst de ‘geboorteakte’ op’, zegt hij. ‘De fiche waarop staat wanneer en met welke opties een auto de fabriek verliet en naar welke dealer hij is gegaan. In 1988 kocht ik mijn eerste 356 Coupé (1963). Daaraan heb ik ook zelf veel gewerkt. Later volgde een 356 SC Cabriolet (1965). De originele motor ervan staat hier in de living, als kunstwerk. Neen, die auto’s mis ik niet. Ik reed er niet graag mee. In originele uitvoering zijn ze niet aangepast aan het hedendaagse verkeer.’

    De favoriet van de hele familie is de 964 Carrera RS, nieuw gekocht in 1992. De op iets meer dan 2.000 exemplaren geproduceerde lichtgewicht-racevariant is voor velen de ultieme Carrera. ‘Het is een extreem brutaal ding. Op droog wegdek kan ik hem vrij goed beheersen, maar bij regen is dat aartsmoeilijk.

    Met deze auto hebben we onderweg naar Francorchamps een bijna-doodervaring gehad. Het regende en bij 170 km/h deed zich plots aquaplaning voor. Mijn zoon Wouter zat aan het stuur, zijn vrouw ernaast, en ik achterin – waar geen zitje is. De auto ging dwars en we schoven 500 meter zijdelings over de snelweg. Het duurde eindeloos. Uiteindelijk wist Wouter hem te controleren, en zonder brokken kwamen we op de pechstrook tot stilstand.’

    ‘Op een concours d’elegance in Saint-Tropez wonnen we er de tweede plaats mee. Behalve de nieuwe lak is hij compleet origineel en heeft amper 45.000 kilometer op de teller. We hebben al hoge biedingen gekregen, maar deze gaat niet weg.’

    ‘Ook op mijn 75ste rij ik nog zeer graag. Vier, vijf keer per jaar ga ik op circuit. Mijn drie zonen gingen al heel vroeg mee. Toen ze nog te klein waren, legde ik een kussentje onder hun poep, zodat ze toch werden toegelaten. We gaan ook geregeld karten met vrienden. Ik ben dan de traagste van ons vieren, maar vaak toch nog sneller dan andere deelnemers.’

4 reacties aan het bekijken - 1 tot 4 (van in totaal 4)
    • In het artikel op de Tijd staat de tekst wel bij de juiste Vasek Polak 935…

        https://www.tijd.be/sabato/auto/ik-rij-niet-met-mijn-porsche-911-t-het-is-een-snel-spaarboekje/10070807.html

        In de knusse schuur achter de 200 jaar oude hoeve van Gert Verelst houdt een kachel de boel warm en de lucht droog. Er staat een twintigtal brommers en motorfietsen, allemaal uit de jaren zeventig. Sommige zijn in maagdelijke toestand.

        ‘Thuis kreeg ik geen brommer, als tiener was ik aangewezen op die van vrienden’, lacht hij. ‘Ik was al 22 toen ik mijn eerste Honda Dax kocht, een icoon uit mijn jeugd. Hij is van 1972 en staat nu in de slaapkamer van mijn zoon Luca. Motor en frame zijn origineel, maar 95 procent van de onderdelen is zogenaamde new old stock die ik op beurzen vind.’

        Met de Dax begon de liefde voor Honda. ‘Dit is de oudste en meest begeerde Monkey, de CZ100 (1964). De Z50M (1967) is z’n opvolger. Die twee móét je hebben als je Monkeys verzamelt. Ik restaureerde ze zelf. Intussen zijn ze vrij waardevol. Zodra iets in mijn bezit is, kan ik het nog maar moeilijk verkopen.’

        We zien ook zware kleppers, in de heerlijke kleuren van toen. ‘Op een CB750 Four ben ik getrouwd’, lacht Verelst. ‘Dit exemplaar restaureerde ik vijftien jaar geleden. Toen hij werd gelanceerd, was hij een bom. Hij groeide uit tot een legende. Zijn kleine broertje, de CB350 Four (1974), is in zijn eerste lak en ongerestaureerd. Die kocht ik van iemand aan de kust. Het was een erfstuk van zijn broer, een moeilijke situatie.’

        Ermee rijden doet hij amper. ‘Elke ochtend sta ik op om tien over vier. Om acht uur ‘s avonds kom ik weer thuis. Mijn groot plezier is dan: hier binnenkomen en ze wat poetsen of eraan werken. Zondag en donderdag zijn mijn vrije dagen. Ook dan ben ik vaak hier.’

        ‘Brommers met grote wielen vond ik vroeger minder mooi. Dat veranderde twee jaar geleden, toen ik een SS50Z kocht met vier versnellingen. Een vriend was ermee bezig en ik begon erover te lezen. Ineens kwam die klik, intussen heb ik er zes.

        Onlangs ging ik in München dit rode exemplaar uit 1974 halen, de versie met vijf versnellingen en een kleine koplamp die nu echt gezocht wordt. Ik vond hem op eBay, met maar 13.000 kilometer op de teller. Ik schrijf hem misschien in zodra hij technisch helemaal in orde is. Verder ga ik hem niet restaureren. Zijn eerste lak heeft hij maar één keer.

        De eigenaar had een serieuze verzameling en was overleden. De verkoper was zijn zoon. Er stond ook een SL120. Die koop ik níét, had ik me voorgenomen. Uit voorzorg had ik alleen centen bij me voor de SS50. Intussen is de deal wel rond. Binnenkort rij ik opnieuw naar München.’

        Het bleef niet bij tweewielers. ‘De Porsche 911 T (1972) wilde ik altijd al hebben. Deze versie, de Ölklappe, werd maar één jaar gemaakt. Ik kocht hem in 2004 voor de prijs van een kleine stadswagen. Vorig jaar wilde ik wat kleine werkjes laten uitvoeren, maar de auto is veertien maanden weggeweest en werd uiteindelijk tot het bloot ijzer afgeschuurd.

        Ik rij er niet mee, het is een spaarboekje. De 964 Carrera 4 (1989) neem ik wel vaak. Het is een totaal andere auto, een oldtimer die toch rijdt als een vrij moderne auto. Met zijn vierwielaandrijving is hij onverzettelijk bij regen.’

        ‘Ik moet opletten’, zucht hij. ‘Met Nieuwjaar zei ik dat ik dit jaar niets zou kopen, maar januari was nog niet om en ik had al twee brommers extra. Soms ben ik bang dat het er wat over is, het verzamelplezier. In een straal van 15 kilometer leerde ik een twintigtal gelijkgezinden kennen. ‘s Zomers bezoeken we meetings, ‘s winters beurzen.’ Hij opent een kluis. ‘Kijk, zo’n zadel in goede staat, dat is het zeldzaamste onderdeel voor een Honda SS50. Telkens als ik er een vind, ben ik dolblij.’

        123

          “De oorverdovende 935 waarmee Jacky Ickx eind jaren zeventig in de VS racete”

          Eeuh, dat ziet er toch echt niet uit als een 935.

          maar als een 73 3.0 RSR met Mary Stuart achterkant.
          Was een race versie van de F series 911 met de duidelijk zichtbare horn grills.

          de 935 is pas 3 jaar later gekomen en was een race versie de toenmalige 3.0 911.
          en had altijd een flatnose.

          en Jacky Ickx heeft dus nooit met die auto geraced, of toch niet in die periode want hij was eerst Ferrari en 74-75 Lotus piloot, hij is maar in 76 Porsche fabrieks rijder geworden.

          Dit, is de 935 van JACKY ICKX/SKEETER MCKITTERICK.

            https://www.tijd.be/sabato/auto/mijn-vader-had-ooit-meer-dan-zestig-porsches/10023987.html
            [b]
            Een tocht langs garages in België. Deze week: de nalatenschap van Walter Pauwels, een van de grootste Porsche-verzamelaars van ons land.[/b]

            ‘Mijn vader had ooit meer dan zestig Porsches’

            Op 8 juni was het exact zeventig jaar geleden dat Porsche in het Oostenrijkse Gmünd zijn eerste serieauto bouwde.Het hele jaar wordt dat gevierd. En op die evenementen zullen ook auto’s staan van Walter Pauwels, die in 2012 overleed. ‘Mijn vader begon te verzamelen in 1971, toen een 356 vijftien jaar oud was en weinig waard’, vertelt Pascal Pauwels. ‘Hij hield ook van Jaguar, maar bleef toch bij Porsche. Op een bepaald moment had hij er meer dan zestig. Van die collectie blijft zowat de helft over. Deze 356 Split-Window Coupé (1950) kennen alle liefhebbers in ons land. We hebben hem al meer dan dertig jaar. En de 356 ‘Knickscheibe’ Cabriolet (1954) ruim veertig. Ik weet van wie mijn vader hem kocht: dat is plezant. Pas daarna kwam de 356 A, met het gebogen venster.’

            In de 356 Speedster (1954) nam Pauwels in 2011 deel aan de Mille Miglia, met Guy Verhofstadt als copiloot. ‘De Speedster werd ontwikkeld voor de Amerikaanse markt, als een goedkopere variant van de cabriolet – zonder zijruiten en met amper verwarming. Ironisch genoeg is het nu een van de duurdere. Met deze auto bezoekt mijn moeder nog elk jaar 356-meetings, samen met een vriendin. Ook zij was altijd actief in de Porsche Classic Club, waarvan ik in 2005 het voorzitterschap overnam van mijn vader. In de grijze 356 Speedster (1956) wonnen mijn broer en ik de Copenhagen Historic Grand Prix, in de gietende regen – daar hou ik van. Dat is een stratenrace midden in de stad. Ook aan Le Mans Classic namen we deel in die auto. Om te koersen is het mijn favoriet: zeer spartaans, bakken fun. Maar de voorbije vijf jaar heb ik niet meer geracet.’

            Dat hij in diezelfde jaren financieel geen slechte zaak deed, is een understatement. ‘Het is gezellig als de waarde van je auto’s stijgt, maar het mocht ook minder zijn. Het heeft meer na- dan voordelen. Op den duur draait het alleen nog om geld. En kom er maar eens mee buiten. De donkerblauwe 356 C Cabriolet (1964) kreeg ik toen ik 18 werd, waarna ik hem zelf restaureerde. Als ik ermee uitging, liet ik hem gewoon open achter. Later gebruikten mijn vrouw en ik hem jarenlang als tweede auto. Op den duur was het de clubhoer: leden kwamen hem halen als de hunne kapot was. Of hun vrienden. Of vrienden van vrienden. Die auto heeft heel Europa gezien. Soms wisten we niet meer waar hij was. Maar dat was geen punt, toen. Nu moet je er bijna naast blijven staan.’

            Pauwels heeft ook een echte Carrera RS 2.7 (1973). Dat is voor velen de ultieme 911, die gretig wordt gekopieerd. ‘Het is een straatversie die dicht aanleunt bij de racerij en op 1.580 exemplaren werd gebouwd. Zijn rijgedrag is fenomenaal, ook op circuit. Maar om echt te koersen gebruikte ikzelf ook een kopie.’ Verderop staat de jongere 964 RS (1992): nieuw gekocht en 6.513 kilometer mee gereden. ‘Ik moet hem nog binnenbrengen voor het eerste onderhoud’, aldus Pauwels.

            We lopen nog langs de 935 van het Amerikaanse familiale raceteam Vasek Polak, waarmee Jacky Ickx en Skeeter McKitterick eind jaren zeventig in de States reden.


            De oorverdovende 935 waarmee Jacky Ickx eind jaren zeventig in de VS racete

            In de loods staat ook een Bentley 4 ¼ Litre Park Ward Drophead Coupé (1937). ‘Een ander universum’, zegt hij. En een fabuleuze Ferrari 250 GTE (1962). ‘Als vierzitter was dat destijds niet zo’n populaire Ferrari. Velen gebruikten hem om de GTO na te bouwen, waardoor er nu bijna geen GTE’s meer zijn. Ik kocht hem 15 jaar geleden van iemand die hem aan het restaureren was, maar geen onderdelen vond. Nu is hij bijna volledig in orde. Ik rij ermee, jawel. Maar dat is hier het grootste probleem. Eén keer per maand rijden voorkomt veel problemen. Maar dat ligt moeilijk. Vroeger reden mijn vader en broer ook vaak. Nu sta ik er grotendeels alleen voor.’

            ‘Drie exemplaren zouden toch wat weinig zijn’, lacht hij. ‘Maar het mogen er wat minder zijn, ja. Ze zien stilstaan doet pijn. Met enkele auto’s heb ik geen verhaal. Die mogen misschien weg. Ik wil auto’s waarmee ik in de sneeuw heb gereden, waarmee ik gekoerst heb, gewonnen heb.’ Allemaal verdwijnen zullen ze nooit. Hij heeft drie dochters. ‘En twee hebben al hun rijbewijs. Op dit moment vinden ze studeren, uitgaan en hun liefje interessanter, maar ze weten ook al veel over de auto’s, hoor. En nu willen ze deelnemen aan onze zomerrally. Ook zij zijn ertussen grootgebracht.’

          4 reacties aan het bekijken - 1 tot 4 (van in totaal 4)
          • Je moet ingelogd zijn om een antwoord op dit onderwerp te kunnen geven.